www.tegrazen.nl

een zomer vol gemekker … berichten uit Friesland

oud en nieuws


   28 jul

oud en nieuws

Zo, al een hele tijd niet geschreven.
Sommigen onder jullie werden al ongeduldig, wat een goed teken is. Of ongerust, maar dat is gelukkig niet nodig.

Ik ben 5 daagjes thuis geweest.
Thuis, om mijn spullen in te pakken en voor te bereiden dat ik het boshuisje ga verlaten.
En passant ook Gaby verhuisd, die haar huis in Amsterdam Noord uitmoest, en gelijk heel wat boshuismeubilair een nieuw leven gegeven in Amsterdam centrum. Dat ruimde vast lekker op.
Ik ben van plan om op zaterdag 4 september een feestelijke boshuisdag te vieren. Jullie zijn bij deze allemaal uitgenodigd.
Op de zondag daarna pak ik dan mijn laatste spullen en verhuis ik terug naar de boerderij, waar ik zal proberen de padvinders te ontwijken en zo snel mogelijk een ander onderkomen te zoeken.
Ondertussen ben ik dan natuurlijk nog tot eind september op de hei.

Eerder, vorige week, schreef ik al een onvoltooid stukje.
Nu de schapen weer in het pauzeraster staan en ik eindelijk terug ben in het zomerritme is er tijd om het af te maken en het aan de dongel toe te vertrouwen.

Goh, wat is de vloer van mijn busje schoon.
En wat ruikt het weer citroentjesfris.
Een uurtje geleden was dat nog heel anders.
Toen leek het er even op dat ik de nacht tussen de schapenkeutels door zou gaan brengen.
Mijn dappere vervoersmiddel diende vandaag namelijk als veewagen, en de drie kreupele passagieres hadden zich van onwennigheid niet in kunnen houden.
Bij aankomst was ik zo moe dat ik even heb overwogen om… maar nee, gelukkig kon ik het nog opbrengen om een warm sopje te maken en de keutellucht te lijf te gaan, anders had ik waarschijnlijk wild gedroomd.

Vandaag was de tocht der tochten. Twaalf kilometer maar liefst. Van Ontwijk bij Donkerbroek naar het Blauwe Bos bij Haulerwijk. Een hele onderneming.
Erika kwam me helpen met haar hond Enja.
Langzamerhand worden we al een echt team.
Op onze route lagen een snelweg, een voetgangerstunneltje, een brug, een dorpsstraat en een schapenweitje met texelse ooien.
En dan nog ongeveer tien kilometer b- en zandweg.
Alle spannende dingen dus in de eerste twee kilometer.

De cameraploeg was er ook weer. Deze tocht was namelijk mijn eerste grote verplaatsing zonder hulp van een professional als Henry, en dat moest worden vastgelegd.
Erika en ik waren aan elkaar gewaagd wat betreft ervaring in dit soort dingen: we hadden beiden nog nooit zo’n lange tocht gelopen met een kudde.

De eerste misrekening kwam gelijk na het bos van Ontwijk.
De schapen hadden niet veel gegeten omdat ik de route was gaan verkennen en netten moest zetten op het eindpunt. Zo’n anderhalf uur grazen in de ochtend is niet genoeg voor een hongerig gezelschap als het mijne.
De parallelweg tussen het bos en de provinciale weg heeft een hele brede berm van gras, met een diepe greppel in het midden. Mijn idee was dat de kudde netjes achter me aan over de parallelweg zou lopen, met Twiggy voorop, en dat er misschien een of twee schaapjes een hapje berm zouden nemen.
Maar in plaats op de eerste helft gras te blijven sprongen de schapen gelijk over de greppel, om elkaar in te gaan halen op het asfalt van de N381.
Nu kun je over de intelligentie van schapen veel zeggen, maar dat snelwegen zijn om er op in te halen hadden ze dus in een oogwenk bekeken.
Erika en ik kregen zowat een rolberoerte.
Terwijl de schapen vrolijk langs de asfaltrand huppelden hielden wij onze honden tegen, die we er niet omheen konden sturen omdat ze dan midden op de weg zouden lopen.
Met mijn herdersstok in de hand en een wanhopige blik in mijn ogen maande ik het verkeer tot langzamer rijden, en gelukkig lukte dat.
Voor de stapvoets rijdende auto’s lokten we de schapen weer over de greppel, en zo kwamen we heelhuids bij de volgende misrekening: het voetgangerstunneltje onder de provinciale weg.

Henry, mijn schapencoach, steun en toeverlaat had het nog gezegd; ze zullen wel langs de zijkanten gaan lopen, in plaats van erdoorheen, omdat ze een tunnel niet kennen.
Ik dacht dat het wel mee zou vallen met die bangigheid voor tunnels. Vol vertrouwen in de volgzaamheid van mijn schapen, ondanks eerdere ervaring met de snelweg, liepen we naar de ingang.
Inderdaad wandelden ze, niets mis, gelijk achter me aan de tunnelmond in….tot ze zagen dat er op de randen het lekkerste gras aller tijden stond.
Toen sprongen ze er met zijn allen tegelijk weer uit.
Hadden we ze met de hond van de ene kant afgejaagd, dan sprongen ze er aan de andere kant weer op om gretig verder te grazen.
Zo joegen we een hele tijd onze honden eromheen, gadegeslagen door heel wat publiek.
Een oud boertje vond dat we de schapen eerst moesten laten grazen. Een ander deed in de tussentijd een bod op de hond van Erika, en een derde hield voor ons de voorbijgaande auto’s in de gaten. Dat alles gefilmd door de cameraploeg natuurlijk.
Na een korte time-out blokten we de ene tunnelwand met een hond en stuurden we de aan de andere kant de overgebleven hond om de schapen heen, waarna die zich van ongeveer twee meter hoogte in het tunneltje lieten vallen. Daar was inmiddels de stroom op gang gekomen.
Muis forceerde zich een weg langs de colonne schapen en net voordat we de dorpsstraat bereikten lag ze weer op kop.
Dat was knoeien en vakwerk tegelijk.

Okee, de brug die volgde vonden ze een beetje eng, maar daar liep het vlot door. En het schapenlandje was een peulenschil omdat de eigenaar zo lief was om zijn schapen af te leiden en vast te zetten.
Vanaf daar daalde eindelijk mijn hartslag, en kon ik pas genieten van een prachtige wandeling door Ooststellingwerf met de kudde.

Nu zit ik weer in het Blauwe Bos.

You can skip to the end and leave a response. Pinging is currently not allowed.

Laat een bericht achter